Maarten en ik zijn gek op kamperen. Het liefst zitten we dan aan het eind van de middag met een borreltje en een boekje voor de tent naast onze mini-barbecue. Tijdens de laatste keer kamperen gebruikten we een grote vuurbak.
We waren met vrienden een weekendje op de Veluwe op een camping waar je vuur mag maken. Dat hoef je tegen ons maar 1 keer te zeggen en we hebben ons vuurtje dan ook bijna heel het weekend brandend gehouden. Omdat het de eerste dag heel erg warm, klef en regenachtig was, gebruikten we kolen in plaats van hout om op te stoken. We zetten de bak onder een tarp en konden zo lekker droog ons eten maken. Tijdens kamperen houd ik niet van ingewikkeld gedoe en maak ik liefst heel simpele gerechten. Ik smeerde onze spareribs dan ook alleen maar in met Franse mosterd en ik bestrooide ze met peper en zout. Daarna was het een kwestie van geduld en een precies goede temperatuur op de barbecue. De spareribs moeten goed gaar worden, een beetje knapperig zijn en niet verbranden.
Camping Westerwolde is alleen al geweldig omdat je er vuur mag stoken, maar naast de relaxte sfeer die er hing heeft het nog iets dat grote aantrekkingskracht uitoefent op bijna iedereen die het ziet: een schommel als uit een kinderboek. Opgehangen tussen 2 hoge bomen kun je er enorm hoog mee schommelen. Je moet dan wel geduwd worden, want de touwen zijn zo lang dat je in je eentje niet veel voor elkaar krijgt.
Lijkt me heerlijK!